Reddingsbrigade redt 369 mensen deze zomer

Reddingsbrigade redt 369 mensen deze zomer
Vrijwilligers van de Reddingsbrigade Nederland hebben deze zomer uit zee en de binnenwateren 369 mensen gered die het anders waarschijnlijk niet hadden overleefd. Dat zijn er 27 meer dan vorig jaar.
Reddingsbrigade redt 369 mensen deze zomer
Foto: ANP
Vrijwilligers van de Reddingsbrigade Nederland hebben deze zomer uit zee en de binnenwateren 369 mensen gered die het anders waarschijnlijk niet hadden overleefd. Dat maakte de Reddingsbrigade in IJmuiden maandag bekend.
Negen mensen zijn tijdens het zwemmen verdronken. In totaal moest de brigade deze zomer 6148 keer in actie komen.

De Reddingsbrigade ziet een toename van het aantal mensen dat op en rond het water in levensgevaarlijke situaties komt. Vorig jaar werden nog 342 mensen gered en in 2012 ruim 270.
Zwemonderwijs
De brigade pleit dan ook voor meer voorlichting en meer aandacht voor zwemonderwijs. Ook pleit de brigade voor meer veiligheid op de zwemlocaties en een landelijke registratie van alle zwemongevallen.
Vorig jaar verdronken 19 mensen, onder wie veel Polen. Dit was voor de Reddingsbrigade aanleiding om in samenwerking met de Poolse ambassade een voorlichtingscampagne voor de Poolse vakantiegangers te beginnen.
Ook kreeg de brigade versterking van twee Poolse lifeguards.
Door: ANP

KPN kan mobiel bereik 112 niet overal garanderen

Op ruim 50.000 adressen in Nederland is het noodnummer 112 niet met een mobiele telefoon te bereiken. Binnenshuis is daarvoor niet voldoende bereik.
KPN kan mobiel bereik 112 niet overal garanderen
Foto: ANP
Dat bevestigde een woordvoerder van KPN maandag naar aanleiding van berichtgeving in de kranten van De Persdienst.
In de gebieden waar het mobiele bereik onvoldoende is, is 112 wel bereikbaar via de vaste lijn, benadrukt een woordvoerder van KPN tegenover NU.nl. “We hebben een verplichting het bereik te garanderen en doen dat ook.”

De overheid adviseert mensen die in bijvoorbeeld een grensgebied wonen altijd een vaste lijn te nemen. De problemen spelen echter niet alleen op het platteland, maar ook in steden. KPN erkent dat er bijvoorbeeld problemen zijn in de binnenstad van Amsterdam.
“We proberen al jaren een mast te plaatsen, maar dat is lastig”, aldus een woordvoerder van de provider. Het normale traject duurt ongeveer anderhalfjaar maar volgens de woordvoerder duurt het in de Jordaan al langer.
Masten
Ongeveer 1 procent van het Nederlandse grondgebied heeft geen mobiele dekking volgens KPN. Ook het plaatsen van masten op andere plaatsen is volgens de provider een “weerbarstig proces”.
Er zijn voorbeelden van ernstige ongelukken waarbij 112 niet met een mobieltje te bellen was. Het ministerie van Economische Zaken komt later dit jaar met de resultaten van een onderzoek naar het mobiele bereik in het land. Op de website van de telecomaanbieder is precies te zien waar ‘witte vlekken’ in het mobiele bereik zitten.
Overigens roept de politie maandag op om 112 niet te bellen om te onderzoeken of dat wel vanuit huis lukt. Het noodnummer zo vaak hiervoor gebeld dat de bereikbaarheid voor echte noodgevallen verstoord is geraakt, aldus een tweet van de landelijke eenheid van de politie.
Door: ANP/NU.nl

23 procent meer keukenbrandjes in sociale huurwoningen

In sociale huurwoningen ontstaat 23 procent vaker keukenbrand dan gemiddeld. Een van de verklaringen hiervoor zou het kookgedrag zijn van de bewoners van deze huisvesting.
Dit bericht de website BinnenlandsBestuur.nl op basis van onderzoek van Brandweer Flevoland. In sociale huurwoningen wonen relatief vaak huishoudens met een buitenlandse achtergrond die relatief vaak met olie koken. Hierbij is een grotere kans op ontstaan van brand, verklaart teamleider Risicobeheersing van de Brandweer Flevoland. Bij bewoners met hogere inkomens komen schoorsteenbranden weer vaker voor dan gemiddeld.

Ook kinderen zijn een brandveiligheidsrisico, zegt Schippers. Ouders van jonge kinderen zijn tijdens het koken vaker afgeleid door hun kinderen. Ook kinderen die spelen met vuur zijn een risicofactor.

Twee jaar geleden startte Flevoland een voorlichtingscampagne op om bewustzijn op het gebied van brandveiligheid te verbeteren. Toen werd de samenwerking met burgers gezocht door burgers op te leiden tot ‘Buurtvoorlichter Brandveiligheid’. Nu kiest brandweer Flevoland voor een andere insteek. De brandweer gaat na een woningbrand bewoners uit dezelfde straat bezoeken om voorlichting over brandpreventie te geven. ‘Voorlichting over brandpreventie is dan veel effectiever’, geeft Schippers aan.

bron: Brandveilig.com

Brandblussers te klein voor doven autobrand

De brandblusapparaten die automobilisten in België, Polen, Turkije en Griekenland verplicht in de auto moeten hebben, hebben weinig nut bij het blussen van brand. De Vlaamse evenknie van de ANWB, mobiliteitsorganisatie VAB, adviseert automobilisten dan ook bij een autobrand direct de brandweer te bellen.Bij een test van de mobiliteitsorganisatie slaagde zelfs een brandweerman er niet in de autobrand te blussen met de standaard poederblusser dat standaard in de auto zit. De auto die voor de test werd gebruikt brandde volledig uit.

Bij lichte rookontwikkeling kan je nog een poging wagen, maar de kans blijft groot dat je auto goed is voor de schroothoop’, zegt Joni Junes van VAB. ‘Het is dus beter om altijd eerst de brandweer te bellen. De poederblussers die verplicht in elke auto zitten, zijn meestal te klein om effect te hebben. Zo’n brandblusser aan boord is pas nuttig als ze minstens twee liter schuim bevat, in plaats van de verplichte kilo poeder.Bekijk hier een demonstratiefilm van VAB

bron: Brandveilig.com

38 procent MKB organiseert nooit een ontruiming

Een groot gedeelte van de bedrijven in het midden- en kleinbedrijf organiseert nooit een ontruimingsoefening. Dit terwijl werkgevers daartoe wel wettelijk verplicht zijn.

Werkgevers zijn wettelijk verplicht maatregelen te treffen voor eerste hulp, brandbestrijding en evacuatie van werknemers bij gevaar. Het organiseren van een ontruimingsoefening is één van die maatregelen. Hoe vaak een oefening moet worden gehouden is afhankelijk van bedrijfsspecifieke factoren, maar over het algemeen geldt een richtlijn van één keer per jaar. Uit het onderzoek blijkt dat twee derde van alle organisaties minimaal eens per jaar een ontruimingsoefening organiseert, maar grote bedrijven (78%) doen dit veel vaker dan MKB-ers (46%).

Jos van de Bor, Security & Safety Consultant bij Securitas snapt dat grote organisaties meer budget hebben voor veiligheid. ‘Maar 38 procent van de MKB-bedrijven die nog nooit een ontruimingsoefening heeft gedaan is extreem veel, zeker in verhouding met de 7 procent van de grote organisaties. Je kunt nog zoveel investeren in een alarm- en beveiligingsinstallatie, wanneer je niet test of en hoe deze werkt, kan het effect compleet teniet worden gedaan.’

In vijf stappen naar een goede voorbereiding
Zorg voor veiligheid draagt bij aan de continuïteit van bedrijfsprocessen, een goede reputatie en bescherming van belangen en investeringen. Met onderstaande vijf stappen kan een organisatie zich voorbereiden op noodsituaties:
1. Breng de risico’s in kaart.
2. Bepaal op basis van de risico’s het aantal BHV’ers.
3. Zorg voor de nodige veiligheidsvoorzieningen, zoals blusmiddelen, EHBO-koffers en een alarmsysteem.
4. Zet de procedure in geval van een noodsituatie op papier en breng medewerkers hiervan op de hoogte.
5. Test de procedure en systemen regelmatig.

Bron: brandveilig.com

RIVM start Week van de Teek met lancering app Tekenbeet

De app Tekenbeet is gratis beschikbaar in Google Play. Met deze app kun je (ook zonder internetverbinding!) opzoeken hoe teken eruit zien en wat je moet doen om deze correct en snel te verwijderen. De app verschijnt aan de start van de Week van de Teek, het jaarlijks begin van de voorlichting over Teken en de ziekte van Lyme. De boodschap is ook dit jaar: Controleer jezelf op teken wanneer je in het groen bent geweest en verwijder een teek direct.

Met de start van de lente begint ook het tekenseizoen. In de natuur en met mooi weer is de kans groter om door een teek te worden gebeten. Het is daarom belangrijk om uzelf en anderen op tekenbeten te controleren. Hier wordt aandacht voor gevraagd in de Week van de Teek van 7-14 april, die vandaag begint. Voor het RIVM is dit het jaarlijks startmoment van voorlichtingsactiviteiten over teken en de ziekte van Lyme.

Voorlichting essentieel

De ziekte van Lyme is eenvoudig te voorkomen door op tekenbeten te controleren als je buiten in het groen bent geweest. Het is belangrijk te weten hoe je dat doet en wanneer. Dat geldt in het bijzonder voor mensen die vaker buiten komen of vaker door teken worden gebeten dan anderen. Denk aan kinderen, boswachters en andere ‘groenwerkers’ of ouderen die veel in de tuin zijn. De voorlichting van het RIVM richt zich in 2014 ook op de huisarts, die beroepshalve patiënten met een tekenbeet ziet en de ziekte van Lyme behandelt.

Nieuw: App ‘Tekenbeet’

Nieuw dit jaar is de app ‘Tekenbeet’. De app bevat informatie over hoe je op teken moet controleren en hoe je een teek kunt verwijderen. Gebruikers kunnen een tekendagboek aanleggen en hierin een tekenbeet registreren. Zij kunnen een herinnering ontvangen aan het controleren van de plek waar ze gebeten zijn. Ook kunnen mensen op hun mobiele telefoon, via tekenradar.nl zien hoe actief teken zijn. Dit is vooral handig voor mensen buiten: wandelaars en bezoekers van bijvoorbeeld het bos, de heide, de duinen of een park. Daarnaast is een alarm in te stellen zodat je altijd op de hoogte bent van de actuele tekenactiviteit.

De onderdelen van de app zijn direct voortgekomen uit de wensen van potentiële gebruikers. Dat gebeurde met een specifieke methodiek van de Universiteit Twente. Daarbij checkt de doelgroep iedere stap in de ontwikkeling. Dat er rekening wordt gehouden met de wensen van de gebruiker, lijkt op zich heel gewoon. Toch blijkt het in de praktijk zelden te gebeuren.

Waarom is controleren zo belangrijk?

Teken kunnen zich overal vastbijten, maar vooral in liezen, knieholtes, oksels, bilspleet, achter de oren en rond de haargrens in de nek. Controleer daarom ook of er teken op je kleding of op je picknickkleed zitten. Laat iemand anders controleren op de plekken die je zelf niet goed kunt zien of gebruik een spiegel. Bekijk de korte instructiefilm over het controleren op teken via rivm.nl/tekenbeet.

Haal teken snel weg!

Hoe langer de teek in uw huid zit, hoe groter de kans dat hij ziekteverwekkers overdraagt. Gebruik geen alcohol, jodium, olie, watje met zeep of andere middelen voordat je de teek verwijdert. Pak de teek met een puntig pincet zo dicht mogelijk op de huid bij de kop vast en trek hem er langzaam uit. Als een stukje van de kop achterblijft, is dat ongevaarlijk. Gebruik je een andere tekenverwijderaar? Volg de gebruiksaanwijzing. Ontsmet vervolgens het beetwondje. Registreer de beet in de app “tekenbeet”. Bekijk de korte instructiefilm over het verwijderen van teken via rivm.nl/tekenbeet.

Naar de huisarts?

Als de teek langer dan 24 uur in de huid gezeten heeft, overleg dan met de huisarts of behandeling gewenst is. Heb je een teek binnen 24 uur weggehaald? Houdt tot drie maanden na de tekenbeet de huid rond de beet in de gaten. Let op het ontstaan van een rode ring of andere klachten die kunnen duiden op de ziekte van Lyme. Krijg je klachten? Ga naar de huisarts en meld dat je door een teek gebeten bent.

Meer informatie: www.rivm.nl/tekenbeet, www.tekenradar.nl
De app is te downloaden in de Google Play Store

bron: RIVM

Hoe woningsprinklers brandveiligheid vergroten

In Nederland zorgen branden in de huiselijke omgeving voor de meeste slachtoffers. Vaak zijn dit beperkt zelfredzamen. Volgens het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) is liefst 73 procentvan de slachtoffers overleden voordat de brandweer ter plaatse is. Kunnen woningsprinklers hier uitkomst bieden? De meeste slachtoffers (47 procent) zijn 60 jaar of ouder, hoewel die groep ‘maar’ 22 procentvan de Nederlandse populatie uitmaakt.

De NOVB is van mening dat de woningsprinklerinstallatie hét middel is om de brandveiligheid significant te verhogen. Het is volgens haar een effectief middel, vooral omdat een woningsprinkler alleen bij een werkelijke brand automatisch start met blussen. Uit onderzoek blijkt dat het aantal dodelijke slachtoffers met minimaal 82 procent, het aantal gewonden met minimaal 60 procent en de materiële schade met minimaal 50 procent afneemt.

In het januari/februarinummer van Brandveilig.com schrijft John van Lierop over de toepassing van woningsprinkers. John van Lierop werkt bij het European Fire Sprinkler Network (EFSN) en de Nederlandse Organisatie voor Brandveiligheid (NOVB).

De NOVB pleit voor het verplichten van sprinklerinstallaties, zeker in woningen van de kwetsbaren in onze samenleving. Juist voor die risicogroep valt er vaak zelf niets te kiezen. Deze aanbeveling klemt des te meer nu de sterke tendens is dat deze risicogroep zich snel uitbreidt. Ouderen blijven immers, vaak gedwongen door overheidsbeleid, langer zelfstandig wonen.

BRANDVEILIGE WONINGEN

De overheid heeft bij wet een minimaal brandveiligheidsniveau vastgesteld. Bij die ondergrens zijn slachtoffers een ‘geaccepteerd’ risico. Een huis vormt in de meeste gevallen één brandcompartiment, wat betekent dat de brand zich binnen de buitenmuren ongehinderd kan ontwikkelen. De wetgever bepaalt de maximaal toelaatbare vluchtweglengte, waarin opmerkelijk genoeg de mate van zelfredzaamheid van bewoners geen enkel criterium is.

ROOKMELDER

Sinds 2003 is in nieuwbouwhuizen de rookmelder wettelijk verplicht gesteld, wat de brandveiligheid positief heeft beïnvloed. De rookmelder kent echter ook beperkingen. Zo blijken veel rookmelders niet te werken en recentelijk onderzoek toont aan dat veel kinderen niet wakker worden van een rookmelder die afgaat.
In de praktijk blijkt dat projectontwikkelaars en huizenbouwers op het gebied van brandveiligheid niet verder gaan dan het minimumniveau. Dit komt vooral door de sterke prijsconcurrentie. Men heeft geen belang bij het bouwen van (brand)veiligere woningen. Sterker nog: commercieel gezien is brandveiliger bouwen voor hen onaantrekkelijk. Ook blijken kopers van woningen zich niet of nauwelijks bewust te zijn van de mate van brandveiligheid van hun woning.
Het zou veel beter zijn als bewoners kunnen kiezen voor een woningsprinklerinstallatie en daarmee voor meer veiligheid van hun gezin.

Lees het volledige artikel in het januari/februarinummer van Brandveilig.com dat 14 februari verschijnt.

Bron:Brandveilig.com

‘Blusdekens in Nederland hebben veel tekortkomingen

Bij het blussen van een olie- of vetbrand vatten vier van de twaalf onderzochte blusdekens zelf vlam. Veel blusdekens hebben tekortkomingen in de constructie en in de gebruiksaanwijzing.

Foto: Thinkstock

 

Dat blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. De resultaten zijn maandag bekendgemaakt.
De dienst adviseert mensen die een blusdeken gaan kopen voor gebruik in de keuken, goed op te letten of die wel geschikt is voor het blussen van een olie- of vetbrand. De NVWA heeft de branche erover geïnformeerd en ziet erop toe dat de blusdekens worden verbeterd, zodat ze wel voldoen aan de wettelijke eisen.
De Brandwondenstichting meldt te hebben gecontroleerd of de blusdekens die zij heeft verspreid veilig zijn. Daaruit is gebleken dat die wel in orde zijn, dus ook bij een brandje in de keuken.
De brandweer adviseert mensen om keukenbrandjes door brandende olie en vet te doven met een passend (pan)deksel. Blus de vlammen nooit met water en verplaats de pan niet, waarschuwt de brandweer.

 

Wob

Ook de VEBON (brancheorganisatie van brandbeveiligers) waarschuwt, met het NVWA-advies in de hand, de consumenten. De club roept leveranciers op om met serienummers en dergelijke te komen.
Omdat de NVWA niet bekend zou hebben gemaakt om welke blusdekens het gaat, wil de brancheorganisatie via een Wob-verzoek(beroep op de Wet openbaarheid van bestuur) achterhalen welke dekens nou precies zijn getest.

Door: ANP

Afspraken voor brandveilige elektra

Naar schatting één op de vier branden wordt veroorzaakt door kortsluiting in elektrische installaties en de daarop aangesloten elektrische apparaten. De daarmee gemoeide schade is enorm. Om het aantal ‘elektrabranden’ de komende jaren terug te dringen hebben het Verbond van Verzekeraars en vereniging iKeur woensdag 27 november de Safety Deal Brandveilige elektra gesloten op het Elektroraad Inspectiecongres in Ede.
Jaarlijks ontstaan vele duizenden branden in bedrijven en woonhuizen door problemen met de elektra. Dat zorgt – naast veiligheidsgevaar – voor veel schade. Elektrabranden zijn vaak het gevolg van defecte installaties en machines of verkeerd gebruikte apparaten, zo blijkt uit analyses van het Verbond. Veel ondernemers en consumenten zijn zich onvoldoende bewust van deze risico’s. De vereniging iKeur, een platform van onafhankelijke inspecteurs dat de veiligheid van elektrotechnische bedrijfsvoering wil optimaliseren, heeft in overleg met het Verbond van Verzekeraars het inspectieprotocol VIER ontwikkeld: Verzekerings Inspectie Elektrotechnische Risico’s.

VIER richt zich op het voorkomen van brandschade. Inspecteurs die volgens dit protocol de elektrische installatie en het gebruik van apparaten en machines controleren, kijken specifiek naar het risico op brand. Deze inspectie heeft een andere invalshoek dan bijvoorbeeld een NEN 3140-inspectie, die vanuit Arbowetgeving gericht is op het voorkomen van letsel. Verzekeraars en iKeur helpen zo ondernemers om brandschade te voorkomen én om hun bedrijfscontinuïteit beter veilig te stellen. Naast een protocol voor verzekeringsinspectie werkt iKeur aan opleidingseisen en opleidingstrajecten voor VIER-inspecteurs.

Brandveilig ondernemen is belangrijker dan ooit. In de eerste negen maanden van 2013 deden zich in ons land 109 grote branden voor waarbij de schade wordt geraamd op één miljoen euro of meer, met een totale schadelast van meer dan 500 miljoen euro. Dit is het hoogste aantal miljoenenbranden sinds de start van de registratie in 1998.

SAFETY DEAL BRANDVEILIGE ELEKTRA

De Safety Deal Brandveilige elektra die het Verbond en iKeur hebben gesloten, houdt in dat beide partijen zich inspannen om de brandveiligheid rondom elektrische installaties en daarop aangesloten apparaten te verbeteren. Concreet spreken de partijen af dat ze gedurende de looptijd van de deal – tot 1 januari 2015 met eventueel verlenging daarna – inspectieprotocol VIER verder uitrollen en ook opleidingseisen en -trajecten ontwikkelen.

Een belangrijke noot in de overeenkomst is dat het Verbond en iKeur ook andere partijen actief gaan betrekken bij de ontwikkeling en verspreiding van erkenningsregeling VIER, zoals aannemers, projectontwikkelaars, veiligheidsorganisaties, brandweerkorpsen en brancheorganisaties voor de bouw en installatie- en elektrotechniek. Het uiteindelijk doel is om de erkenningsregeling en de bijbehorende inspectiemethodiek onafhankelijk te borgen, bijvoorbeeld via certificering onder accreditatie.

VISIE OP VEILIGHEID

De Safety Deal Brandveilige elektra is een uitkomst van de vorig jaar gelanceerde Visie op veiligheid van het Verbond van Verzekeraars. De verzekeringssector wil met zijn kennis van risico’s en preventie bijdragen aan een veilige samenleving in samenwerking met andere partijen: door kennis te delen en door krachten te bundelen.

bron: brandveilig.com

Jongeren opgeleid tot keetadviseurs

Jongeren in de leeftijd van 18 tot 22 jaar worden door de gemeente Noordoostpolder opgeleid tot ‘keetkeurder’. Ze gaan aan de slag om jongerenketen te inspecteren op onder meer brandveiligheid en verantwoord alcoholgebruik.
In eerste instantie worden zes adviseurs opgeleid om de 35 keten in de Noordoostpolder te keuren. Wethouder Henny Bogaards van gemeente Noordoostpolder hoopt dat meerdere jongeren zich aanmelden om als ‘keetkeurder’ aan de slag te gaan.
Volgens de wethouder staan de keten ‘vaak volgestouwd met allerlei dingen’. Dus niet voor niets is brandveiligheid voor de keetadviseurs een belangrijk thema. Maar ook gaan ze workshops geven over het organiseren van activiteiten, EHBO, huisregels en uitstraling van de jongerenkeet.

bron : Omroep flevoland